Stichting NBIP werkt samen met andere organisaties uit de digitale infrastructuursector al lange tijd aan de aanpak van abuse en onrechtmatige content door buitenlandse hosters, doorgaans resellers, die dit soort content op Nederlandse servers faciliteren. Daartoe is onder andere het abuseplatform gelanceerd en vindt intensieve samenwerking plaats met politie en justitie. De TU Delft werkt momenteel aan een methode om dit soort content te kunnen identificeren, zonder aan packet inspection te doen.
Abuse heeft veel vormen, denk aan het faciliteren van DDoS-aanvallen, het illegaal aanbieden van copyrighted materiaal via het internet of op het darkweb en afbeeldingen en video’s van seksueel kindermisbruik. Nederland is internationaal gezien helaas erg populair om dit soort content te hosten. De reden daarvoor is dat de Nederlandse digitale infrastructuur van uitstekende kwaliteit is en daardoor ook een groep actoren aantrekt die deze infrastructuur misbruiken om abuse te faciliteren. Daarbij is sprake van een lange keten van onder andere resellers die servercapaciteit inkopen bij Nederlandse hosters. Door Europese regelgeving is het deze hosters verboden om te controleren wat klanten op hun systemen hosten. Dat is in de meeste gevallen een goede zaak, maar als het op abuse aankomt beperkt het de mogelijkheden om de personen die daarvoor verantwoordelijk zijn op te sporen en te berechten.
Tijdens een bijeenkomst naar aanleiding van een rechtszaak tegen een zogenaamde bullet proof hoster lichtte koepelorganisatie Digitale Infrastructuur Nederland, samen met het OM toe hoe abuse wordt aangepakt. Lees er meer over in de berichtgeving van o.a. NRC, NOS, RTL Nieuws en AG Connect.
Alle betrokken partijen die abuse bestrijden blijven zich onverminderd inzetten om kwaadwillenden zijn de mogelijkheden te ontnemen om hun verwerpelijke activiteiten in Nederland te ontplooien.
Dit bericht is een bewerkte versie van dit nieuwsbericht van DINL.